Een casus bespreking uit de dagelijkse praktijk
Dr Gilbert Lambrechts
Inleiding
De Chinese schedelacupunctuur ontstond vooral onder invloed van Jiao Shunfa in 1971.
Hij bakende op de schedel een veertiental goed afgelijnde zones af, die grotendeels overeenkomen met anatomische hersenzones, waarvan we de werking kennen, zoals de motorische zone, sensorische zone, spraakzone en dergelijke
Ondertussen kwam door toedoen van Zhu Mingqing ( een in Amerika verblijvende Chinees die eerder in Beijing professor was en wiens vader reeds schedelacupunctuur gebruikte ) een ander systeem tot stand.
In Zhu’s schedel acupunctuur worden 9 therapeutische zones gebruikt. Het punt Du Mai 20 (Bai Hui) dient als basis .
In Japan heeft
In eerste instantie vond hij ter hoogte van de haargrens(yinzone) een somatotoop , waarmee alle delen van het lichaam konden behandeld worden.
Alle locomotorische klachten konden via dit systeem behandeld worden. Hij noemde dit de basispunten.
Later vond hij ter hoogte van de lambdanaad (yangzone) een soort spiegelbeeld van dit eerste somatotoop.
Hij ontwikkelde dit systeem verder en vond uiteindelijk in beide zones drie soorten punten:
- basispunten: met vooral een invloed op het locomotorische stelsel
- zintuigpunten: werkend op de zintuigen
- hersenpunten: met vooral neurologische indicaties
Door een gemodifieerde vorm van de Japanse buikdiagnose en een zelf ontwikkelde vorm van halsdiagnose, kan men punten vinden, die rechtstreeks inwerken op de meridianen en Zang Fu uit de TCG.
De volgende casus zal aantonen dat het gebruik van schedelacupunctuur in de praktijk zeer nuttig kan zijn.
CASUS
Op 15.2.05 consulteert een vrouw van 54 jaar met de gevolgen van een CVA (herseninfarct) van december 2000.
Zij presenteert zich met een spastische hemiplegie rechts, waarbij vooral de arm in een spastische flexie tegen het lichaam wordt gehouden, wat haar evenwicht vermindert bij het wandelen. Het rechter been is licht spastisch maar dit hindert haar slechts beperkt bij het wandelen. .
Door de spasticiteit in haar arm heeft ze ook een pijnlijke schouder ontwikkeld.
Tevens is er lichte benoemingsafasie en werd zij, reactioneel op haar aandoening, depressief.
De beweeglijkheid in de arm werd als volgt beschreven:
- beperkte en pijnlijke abductie in de schouder
- beperkte strekking van elleboog
- rotatiebeperking voorarm tot 90°
- Pols: weinig of geen flexie – extensie mogelijkheden
- Hand is gebald en moeilijk open te doen
De eerste dag deed ik volgende behandeling:
Yamamoto New Scalp Acupunctuur
- na halsdiagnose werden : lever en galblaas upsilonpunt bilateraal in Yin-zone
- 2 hersenpunten links in Yin-zone en
- C basispunt in de Yin en Yang zone links
- C basispunt rechts in Yin-zone voor de Pijn
Met Chinese schedelacupunctuur behandelde ik de motorische zone links
De pijn in de schouder verdween hiermee onmiddellijk en tevens was er een aanzienlijke verbetering van de beweeglijkheid
1.3.05: de pijn in de schouder is weg gebleven. De beweeglijkheid was aanzienlijk verbeterd: abductie schouder 80°, Rotatie voorarm: 110°, Pols flexie-extensie 10°, hand gaat gemakkelijk open behalve de index
De behandeling was ongeveer hetzelfde en wordt weer op leiding van de halsdiagnose verder gezet. Het Nier upsilonpunt is tevens positief en wordt mee behandeld. Tevens wordt het D punt geprikt voor haar been. In het C punt links prik ik soms twee naalden voor de elleboog en de hand.
Verdere behandelingen op 8.3.06 en 15.3.06 met soms lichte wijzigingen in het schema.
Resultaat: geen pijn meer in de schouder:abductie schouder 90°, Extensie elleboog 170°, rotatie voorarm 120°, vingers veel losser
Verder behandelingen op21.3, 4.4, 11.4, Daarna om de twee weken 6.6.05
Resultaat: Abductie schouder pijnloos en actief tot meer dan 90°, extensie elleboog actief bijna normaal. Patiënte kan nu wandelen waarbij de arm naast haar lichaam op en af gaat zoals bij een normaal persoon , zodat men van op afstand niet kan zien dat ze hemiplegisch is geweest. Ook haar been wil veel beter mee. De pols kan weer op en af bewegen. De hand is los en kan beperkt gebruikt worden , alhoewel de fijne bewegingen beperkt blijven.
Hierdoor is ze natuurlijk ook aktiever geworden. Ook haar depressief syndroom is verdwenen en ze heeft weer zin in het leven.
De behandeling werd hier stopgezet, omdat patiënte van ‘s Hertogenbosch naar Beringen in België moest komen en dat de vooruitgang niet meer opwoog tegen de verplaatsing.
Misschien dat er door een doorgedreven therapie in combinatie met fysiotherapie nog een verbetering te verkrijgen was, maar voor de patiënte volstond het resultaat.
Besluit: een gevalsbespreking van een patiënte met een spastische hemiplegie sinds vier jaar, leert ons dat we niet te snel mogen zeggen dat er geen verbetering meer te verwachten is. Integendeel: zelfs na lange tijd kunnen we nog starten met een behandeling, waarbij er nog een grote verbetering kan bereikt worden.
__________________________________________________________________________________________________________________________________